Tarieven box 1
Inkomen van | tot | Jonger dan AOW-leeftijd | AOW-gerechtigd |
€ 0 | € 20.142 | 36,55% | 18,65% |
€ 20.142 | € 33.994 | 40,85% | 22,95% |
€ 33.994 | € 68.507 | 40,85% | 40,85% |
€ 68.507 | 51,95% | 51,95% |
Tarief box 2
Het tarief in box 2 bedraagt 25%.
Tarief box 3
Het belastingtarief in box 3 bedraagt 30% over een fictief rendement. Dat fictieve rendement wordt berekend over het vermogen in box 3 verminderd met de vrijstelling van € 30.000 per persoon. Sinds 2017 zijn er drie rendementsschijven. Voor de eerste schijf
tot een bedrag van € 70.800 boven de vrijstelling geldt een fictief rendement van 2,02%. Voor de tweede schijf van € 70.800 tot € 978.000 geldt een fictief rendement van 4,33%. Voor de derde schijf, dat is al het vermogen in box 3 boven een bedrag van € 978.000,
geldt een fictief rendement van 5,38%.
Heffingskortingen
De algemene heffingskorting bedraagt maximaal € 2.265. Vanaf een inkomen van € 20.142 daalt de algemene heffingskorting met 4,683% van het meerdere tot nihil bij een inkomen van € 68.508. Voor mensen die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt
bedraagt de algemene heffingskorting maximaal € 1.157.
De arbeidskorting bedraagt maximaal € 3.249. Vanaf een inkomen van € 33.112 daalt de arbeidskorting tot nihil bij een inkomen van € 123.362.
De inkomensafhankelijke combinatiekorting bedraagt minimaal € 1.043. Vanaf een arbeidsinkomen van € 4.934 loopt deze korting op tot maximaal € 2.801 bij een inkomen van € 33.331. Voor mensen die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt bedraagt deze heffingskorting maximaal € 1.431.
De levensloopverlofkorting is van toepassing bij opnamen uit het levenslooptegoed en bedraagt maximaal € 212 voor ieder jaar waarin bedragen zijn gestort in de levensloopregeling.
De jonggehandicaptenkorting bedraagt € 728.
De ouderenkorting bedraagt € 1.418 bij een inkomen tot € 36.346. Bij hogere inkomens bedraagt de ouderenkorting € 72.